kennen – English-Nederlands Translations in WikDict

🇳🇱 nl en 🇬🇧

kennen verb /ˈkɛnə(n)/
overgankelijk bekend, vertrouwd zijn met	know, be acquainted with
overgankelijk door studie of oefening geleerd hebben	know

te kennen geven: signify
in nood leert men zijn vrienden kennen: a friend in need is a friend indeed
leren kennen: get to know
kennen als z'n broekzak: know like the back of one's hand
het einde van de wereld zoals we haar kennen: TEOTWAWKI
van haar noch pluim kennen: know someone from Adam

Wiktionary Links

Nederlands: kennen