🇬🇧 en nl 🇳🇱

receipt noun

  /ɹɪˈsiːt/
  • A written acknowledgment that a specified article or sum of money has been received.
 kwitantie, bonnetje, reçu, betalingsbewijs, ontvangstbewijs
  • The act of receiving, or the fact of having been received.
 ontvangst, ontvangen
  • (in the plural) A quantity or amount received; takings.
 inkomsten, ontvangsten
  • (obsolete) A receptacle.
  • (obsolete) Capability of receiving; capacity.
  • (obsolete) A recess; a retired place.
 recept, voorschrift

receipt verb

  /ɹɪˈsiːt/
  • To give or write a receipt (for something).
 een ontvangstbewijs geven
  • To put a receipt on, as by writing or stamping; to mark a bill as having been paid.
 een ontvangstbewijs geven, voor ontvangst aftekenen
delivery receipt
afleveringsbewijs
receipt of stolen goods
heling
Wiktionary Links