🇳🇱 nl en 🇬🇧

voorbijgaan verb

  /vorˈbɛɪ̯ɣan/ , /vorˈbɛːɣan/ , /vo̝rˈbɛɪ̯χan/
  • ergatief langs een bepaald punt gaan
  • ergatief tot verleden gaan behoren
pass
Wiktionary Links