🇳🇱 nl en 🇬🇧

weer noun

  /weːr/ , /ʋɪːr/ , /β̞eːr/
  • (meteorologie) de atmosferische omstandigheden
weather

weer adverb

  /weːr/ , /ʋɪːr/ , /β̞eːr/
  • nog een keer
again, once more, afresh

weer noun

  /weːr/ , /ʋɪːr/ , /β̞eːr/
  • (landbouw) gesneden ram of geitenbok
wether

weer noun

  /weːr/ , /ʋɪːr/ , /β̞eːr/
  • (leenstelsel) recht op de heerschappij (beheer, genot of bewoning) over goederen, ambten en mensen (onvrije dienaren) die wel of niet aan een ander toebehoren
seisin, seizin

weer noun

  /weːr/ , /ʋɪːr/ , /β̞eːr/
  • aantasting, mede door invloed van licht en vochtigheid, vochtstip
foxing

weer noun

  /weːr/ , /ʋɪːr/ , /β̞eːr/
  • afgesloten plaats aan zee voor visvangst, gevlochten visnetten ter afsluiting van water om vis te bewaren; visweer
fishgarth, weir

weer-

re-

🇬🇧 en nl 🇳🇱

wee adjective

  /wiː/
  • (Scotland, Ireland, North England, NZ, Ottawa Valley) Small, little.
klein, petieterig, pietepeuterig
Wiktionary Links