afzetten
verb
|
- overgankelijk, (biologie): het leggen van eieren door vissen e.d
|
amputer
|
- overgankelijk iemand met een voertuig naar een plaats brengen en daar snel laten uitstappen
- overgankelijk, (geologie): het sedimentatieproces waardoor lagen bezinksel ontstaan
|
déposer
|
- overgankelijk iets dat op het hoofd gedragen wordt weer afnemen
|
enlever
|
- overgankelijk, (economie): erin slagen producten verkocht te krijgen
|
escroquer
|
- wederkerend overdrachtelijk: zich ~ tegen: zijn gedrag laten bepalen door de wens zich te willen onderscheiden van iemand anders
- wederkerend overdrachtelijk: van zich ~: gedachten uit het hoofd zetten
|
abaisser
|
- overgankelijk apparatuur uitschakelen
|
éteindre
|