🇳🇱 nl fr 🇫🇷

blijven verb

  /blɛ.və(n)/
  • koppelwerkwoord ~ + predikaat niet veranderen, voortduren
  • modaal werkwoord ~ + onbepaalde wijs niet veranderen, voortduren, doorgaan
 rester
  • ergatief ergens vertoeven en er niet weggaan
 séjourner
in gebreke blijven
défaillance
blijven plakken
prendre racine
het blijven bestaan na uitschakeling van de veroorzakende werking
rémanence
blijven bestaan
perdurer
op zijn honger blijven
rester sur sa faim
op zijn honger blijven zitten
rester sur sa faim
niet achter blijven
ne pas être en reste
Wiktionary Links