🇳🇱 nl fr 🇫🇷
die relativePronoun |
|
---|---|
|
que, qui |
die demonstrativePronoun |
|
---|---|
|
ces, ce, cet, cette |
|
celle, celle-là, celles, celles-là, celui, celui-là |
- die daar
- celui-là
- die een kuil graaft voor een ander valt er zelf in
- tel est pris qui croyait prendre
- de bemanning van een schip die een bepaalde dienst is opdragen
- bordée
- meneer die-en-die
- un tel
- de kunsternaarswereld die een ongeregeld leven leidt
- bohème
- iemand die een ongeregeld leven leidt
- bohème
- de druppel die de emmer doet overlopen
- la goutte d’eau qui fait déborder le vase
- deel van de buit bij de jacht die voor de honden is
- curée
- ogenblik waarop de buit die voor de honden is gegeven wordt
- curée