🇳🇱 nl fr 🇫🇷
tegen preposition
/teːɣən/
,
/teːχən/
|
|
---|---|
|
contre |
- bezwaar hebben tegen
- affronter, dégoûter
- nee zeggen tegen
- refuser
- een weerzin hebben tegen
- abhorrer
- misdaden tegen de menselijkheid
- crime contre l’humanité
- misdaden tegen de mensheid
- crime contre l’humanité
- tegen de borst stuiten
- écœurer
- zich vlijen (tegen)
- blottir
- uitvaren tegen
- vitupérer
- tegen de verwachting in
- contre toute attente
Wiktionary Links
- Nederlands: tegen