🇳🇱 nl de 🇩🇪

paard noun

  /paːrt/
  • (onevenhoevigen) gedomesticeerd hoefdier uit de familie van de paardachtigen Equidae , met vloeiende manen, een langharige staart en relatief korte, opstaande oren, dat als rij- en trekdier gebruikt wordt
 Pferd, Springer
  • (schaak) schaakstuk dat over de andere stukken heen kan bewegen
 Springer, Pferd
  • (sport) turntoestel op vier poten en met twee handvatten om op te voltigeren of zonder handvatten om overheen te springen
 Seitpferd, Pauschenpferd
  • (scheepvaart) een touw om op te staan, onder de ra van een dwarsgetuigd zeilschip
 Fußpeerd
het paard achter de wagen spannen
das Pferd beim Schwanz aufzäumen, die Ochsen hinter den Pflug spannen, die Pferde hinter den Wagen spannen
een gegeven paard niet in de bek kijken
einem geschenkten Gaul guckt man nicht ins Maul
Een gekregen paard ziet men niet in de bek
einem geschenkten Gaul schaut man nicht ins Maul
je moet een gegeven paard niet in de bek kijken
einem geschenkten Gaul schaut man nicht ins Maul
paard voltige
Seitpferd
werken als een paard
arbeiten wie ein Pferd
man en paard noemen
Ross und Reiter nennen
Wiktionary Links