schaar
noun
|
- (gereedschap) knipwerktuig waarbij een tweetal langs elkaar snijdende messen een rechte of strakke snede maakt
- (zoötomie) paarsgewijs voorkomend grijporgaan, gedragen aan het uiteinde van de voorpoten van sommige schaaldieren (kreeften en krabben) en spinachtigen (schorpioenen)
|
Schere
|