terug – English-Nederlands Translations in WikDict

🇳🇱 nl en 🇬🇧

terug adverb /trʏχ/ , /təˈrʏx/
weer naar het punt van uitgang	back

terug naar af: back to square one
wie de bal kaatst, moet hem terug verwachten: what goes around comes around
ben zo terug: be right back
welkom terug: welcome back
ik wil mijn geld terug: I want my money back
terug van weggeweest: redux
terug bij af: back to the drawing board

Wiktionary Links

Nederlands: terug