🇬🇧 en nl 🇳🇱

warm adjective

  /wɔɹm/ , /wɔːm/
  • Of a somewhat high temperature.
  • Having a color in the part of the visible electromagnetic spectrum between red and yellow-green.
warm

warm verb

  /wɔɹm/ , /wɔːm/
  • (transitive) To make engaged or earnest; to interest; to engage; to excite ardor or zeal in; to enliven.
opwarmen, verwarmen, warm houden, warmlopen

warming noun

  • A small rise in temperature.
opwarming

🇳🇱 nl en 🇬🇧

warm adjective

  /ʋɑrṃ/
  • (natuurkunde) een hoge temperatuur hebbend
  • (kleding) de warmte van het lichaam vasthoudend
  • (figuurlijk) enthousiast
  • waarbij warmte nodig is
  • (figuurlijk) prettig overkomend
warm, hot
Wiktionary Links