🇬🇧 en nl 🇳🇱

worm noun

  /wɜːm/ , /wɝm/
  • (obsolete) Any creeping or crawling animal, such as a snake, snail, or caterpillar.
worm, pier, wurm
  • (computing) A self-replicating program that propagates through a network.
worm, pier
  • A contemptible or devious being.
worm, mormel
  • Anything helical, especially the thread of a screw.
draad, schroef

worm verb

  /wɜːm/ , /wɝm/
  • (intransitive) To move with one's body dragging the ground.
  • (transitive, figuratively) To work (one's way or oneself) (into) gradually or slowly; to insinuate.
  • (transitive, figuratively, in “worm out of”) To drag out of, to get information that someone is reluctant or unwilling to give (through artful or devious means or by pleading or asking repeatedly).
zich wurmen

🇳🇱 nl en 🇬🇧

worm noun

  /ʋɔrm/
  • (informatica) is een zichzelf vermenigvuldigend computerprogramma. Via een netwerk worden kopieën van deze worm doorgestuurd zonder een tussenkomst van een gebruiker. Een worm is geen computervirus want hij heeft geen computerprogramma nodig om zich aan vast te hechten. Men kan stellen dat een worm schade toebrengt aan een netwerk, waar een virus een gerichte aanval op een computer doet
worm
Wiktionary Links