🇳🇱 nl de 🇩🇪

haar noun

  • (anatomie) hoofdhaar, uitgroeisel van het epidermis dat delen van het hoofd bedekt
Haar

haar possessivePronoun

  • bezit aanduidend door een derde persoon vrouwelijk enkelvoud
ihr, ihre

haar personalPronoun

  • accusatief van zij, derde persoon enkelvoud
  • datief van zij, derde persoon enkelvoud
ihr, sie

🇩🇪 de nl 🇳🇱

Haar noun {n}

Haar, Haare   /haːɐ̯/
  • Hornfäden, die auf dem Körper von Menschen und Säugetieren wachsen
  • ohne Plural: Gesamtheit der Kopfhaare
  • Botanik, meist im Plural: haarartige Gebilde an Pflanzenteilen
haar

haaren verb

haare, haarte, habe gehaart   /ˈhaːʁən/
  • Haare verlieren
kaal worden
Wiktionary Links