🇳🇱 nl en 🇬🇧

boom noun

  • (plantkunde) een meerjarige plant die als karakteristiek heeft dat hij één of meer verhoute stammen heeft
tree
  • (scheepvaart) een stok waarmee een schip voortbewogen kan worden
  • (bouwkunde) zijkant van een trap of ladder waar de treden of sporten aan bevestigd zijn
barge-pole, pole
  • stok of buis waarmee een microfoon op de optimale locatie kan worden gehouden
  • (zeilvaart) rondhout aan de onderkant van een langsgetuigd zeil, anders dan de giek
boom
Wiktionary Links